Over deel 2: LUCIFER EN EVA

Cristiano Melli, educatief adviseur van aus LICHT, schrijft over de drie delen van de operacyclus. Dit artikel behandelt deel 2: LUCIFER EN EVA.

... Wenn du Mensch nicht von LUZIFER gelernt, / wie Kontrageist und Unabhängigkeit / den Ausdruck des Gesichts verzerrt, / kannst du dein Antlitz nicht in Harmonie / zum LICHTE wenden [...]”
 “... Heb jij, mens, nooit van LUCIFER geleerd / hoe de geest van tegenspraak en onafhankelijkheid / de gelaatsexpressie vervormt, dan kun je niet in harmonie je gezicht naar het LICHT keren [...]”  (Stockhausen: LUZIFERs TANZ)

Lucifer is ondanks de betekenis van zijn naam (‘Licht-brenger’) de goddelijke antagonist, de kosmische rebel, een stralende engel met een ongewone intelligentie. Zoals Vondel zegt in zijn epische gedicht Lucifer: “En liever d’eerste Vorst in eenigh laeger hof, / Dan in ‘t gezalight licht de tweede, of noch een minder.” In het werk LICHT is deze gevallen engel echter meer dan de belichaming van alle kwaad. Trouw aan een dieper begrip van de archetypes die hij portretteert, schept Stockhausen meer een nobele tegenstander, met trots en humor, die verantwoordelijk is voor het door zijn handelen in beweging zetten van het rad van bestaan.

Deel 2 van aus LICHT begint met stukken uit SAMSTAG aus LICHT (gecomponeerd tussen 1981 en 1983), Lucifers Dag, de dag van de dood, de nacht van de overgang naar het LICHT, waarbij de fysieke dood een nieuw begin betekent. In SAMSTAGs GRUSS wordt het publiek omringd door vier groepen van koperblazers en slagwerk, die een passende groet overbrengen namens de ‘geest van onafhankelijkheid’. In het volgende werk, KATHINKAs GEZANG als LUZIFERs REQUIEM, brengt een zwarte kat – een dier dat in allerlei tradities verbonden is met het mysterie en met het hiernamaals – met zijn fluit de zielen van de doden, doordat zij luisteren, tot een helder bewustzijn, begeleid door zes slagwerkers (de zes sterfelijke zintuigen), die spelen op magische, aan hun lichaam bevestigde instrumenten.

Maar nu is het toneel voor Lucifer. In LUZIFERs TANZ roept de gevallen engel een blaasorkest op in de vorm van een reusachtig verticaal menselijk gezicht, waarin groepen musici de delen vormen: de wenkbrauwen en ogen, wangen, neus, lippen en kin. Een triomferende Lucifer ‘vervormt de gelaatsexpressie’, en voert elke groep aan in diens eigen onafhankelijke dans, zodat zij tegen elkaar ingaan, totdat Michaël uiteindelijk verschijnt en hiertegen protesteert. Dit protest blijkt echter zinloos, want ook hij maakt deel uit van het gezicht (de bovenlip) en wordt eruit gesmeten; Lucifer is op dit moment immers de baas. De zwarte kat komt (nu met een piccolo) terug als de tongpunt van het gezicht en groet het publiek met ‘heil, kinderen van Satan!’ Vervolgens vat Lucifer zijn positie in Gods plannen samen: door te begrijpen dat zijn rebellie wegkwijnt, leeg en hol is geworden, is men klaar voor de wederopstanding in het rijk van de zielen. Wij stervelingen zijn rijp voor Eva’s lessen, de door haar aan de mensheid geschonken geboorten en wedergeboorten.

Dan volgt Eva’s Dag met scènes uit MONTAG aus LICHT (1984-1988). In MONTAGs GRUSS ontvangen wij Eva’s element (water) in een elektronische compositie bestaand uit uitgerekte opnamen van haar instrument, de basset-hoorn. Een meisjeskoor volgt, de MÄDCHENPROZESSION, een vruchtbaarheidsritueel zoals veel tradities in de hele wereld dat kennen, culminerend in BEFRUCHTUNG MIT KLAVIERSTÜCK en WIEDERGEBURT. Na de (weder)geboorte van zeven jongens onderwijst hun moeder Eva hen over de zeven dagen van de week in EVAs LIED voor sopraan, drie basset-hoorns, zeven jongenssopranen, synthesizers, elektronica en slagwerk, hun initiatie in het leven. Dan verschijnt de rattenvanger met haar fluit en leidt de kinderen – evenals ons, mensen – in DER KINDERFÄNGER en ENTFÜHRUNG naar een hogere wereld.

Deel 2 van aus LICHT, waarin wij kennismaken met de archetypes Lucifer en Eva, wordt omlijst door de elektronische muziek van FREITAGs GRUSS (voorafgaand) en FREITAGs ABSCHIED (na afloop). FREITAG aus LICHT (1991-1994) is de dag van Eva’s verleiding door Lucifer, de dag waarop de twee archetypes – ten goede of ten kwade – de evolutie van het menselijk leven op aarde in gang zetten. Maar laten we de verrassing nog even bewaren: over deze reeks teksten volgt meer in verband met deel 3.

Een van de belangrijkste aspecten in dit project is de educatieve samenwerking met studenten van het Koninklijk Conservatorium in Den Haag, die een groot deel uitmaken van de musici in de productie – niet alleen de studenten van de speciaal opgezette Master aus LICHT, maar ook uit de klassieke afdeling, die in de benodigde orkesten en koren spelen en zingen. Zij hebben zo een unieke kans om een nieuwe generatie uitvoerders van Stockhausens muziek te worden, onder leiding van hen die nauw met de componist hebben samengewerkt: legendarische namen als Suzanne Stephens, Kathinka Pasveer en Marco Blaauw, begeleid door Renee Jonker, die al heel lang een voorvechter van de nieuwe muziek is, in een productie van de visionair Pierre Audi. Voor avontuurlijk geesten is leren, net als LICHT, een oneindige spiraal. Door LICHT worden zij ondergedompeld in het werk van een van de meest vernieuwende geesten uit de muziek. Het is een leergelegenheid voor iedereen, zowel op het toneel als in het publiek, waarbij de grenzen van het luisteren worden opgerekt tot een ervaring die hun levens voorgoed verandert. Zo kunnen wij allemaal ons gezicht naar ons individuele LICHT wenden en daarin opnieuw geboren worden.